Martijn en het voortgezet onderwijs

We zitten momenteel midden in het traject van schoolkeuze voor Martijn na de zomervakantie. Dan is de basisschool voor hem passé en begint het ‘grote-jongens-leven’.
Op 21 januari zijn we naar de open dag van het Hondsrugcollege geweest (voormalige CSG, de middelbare school waar ik naartoe ben geweest). ’s Middags was het de beurt aan Martijn, ’s avonds waren de deuren open voor iedere belangstellende. We zijn met ons hele gezin geweest. Onze insteek was de VWO-sectie bekijken en dan met name gymnasium, technasium en VWO+. Dus we begonnen in het gebouw de Marke, waar het toen gelukkig nog heel rustig was.
Uiteindelijk zijn we blijven hangen bij VWO+. Daar stond mevrouw Buffart klaar om ons hierover te vertellen. Erg leuk dat we haar troffen, zij was mijn favoriete lerares (geschiedenis) in mijn CSG-dagen.
Er stonden een aantal panelen in het betreffende lokaal met info over het VWO+. Ondermeer een lijstje met kenmerken van kinderen die passen op het VWO+. Heel apart, het was net of dat lijstje ging over Martijn. Ik heb geprobeerd het te vinden op het www, wat niet lukte. Het volgende lijstje heeft er wel iets van weg:

  • Een vroege belangstelling voor het lezen en rekenen.
  • Een vroege interesse voor onderwerpen zoals prehistorie of astronomie.
  • Al vroeg logisch kunnen nadenken, dingen snel begrijpen, vlot toe passen van begrippen en er met fantasie mee om te gaan.
  • Heel veel energie steken in het vergaren van kennis die hun interesseert.
  • Creatief in het kiezen van een spel en vaak vrij langdurige en ingewikkelde rollenspelen bedenken.
  • Uitstekend taalgebruik.
  • Zelfstandigheid en onafhankelijkheid, veel eigen initiatieven en beslissingen.

Dit zijn in feite de kenmerken van hoogbegaafdheid. In de VWO+-brochure van het Hondsrugcollege geven ze ook nog aan:

Naast  hoge intellectuele vermogens, worden uitzonderlijke prestaties voorspeld door een aantal andere eigenschappen van een persoon:

  • Taakgerichtheid en volharding (motivatie): doorzettingsvermogen om een taak te volbrengen.
  • Creatief vermogen: hiermee wordt bedoeld creatief zijn in het oplossen van problemen.

Nu willen we Martijn helemaal niet die hoek induwen, maar feit is wel dat hij ontzettend veel in zich heeft, wat – Martijns meester (h)erkent het ook – er bij Martijn niet helemaal uit komt op de basisschool. Meester legt dat bij Martijn neer: hij kan meer dan hij laat zien. Is deels waar, Martijn is soms wat gemakkelijk. Anderzijds denk ik ook dat school misschien niet genoeg aan Martijn te bieden heeft. Het grote gevaar bij hoogbegaafdheid is namelijk onderpresteren. Als je deze kinderen te lang niet uitdaagt, dan komt onderpresatie om de hoek kijken. En dat is nou het mooie van VWO+: er wordt een omgeving gecreëerd waarbij die kinderen wèl die uitdaging krijgen. De lesstof wordt in compactere modules gestopt, dus minder herhaling en meteen naar de verdieping. De uren die overblijven, worden gestoken in extra vakken en in projectonderwijs. In het eerste leerjaar nog met onderwerpen die de leraren aanreiken, in de daaropvolgende jaren mogen ze zelf onderwerpen kiezen. Super, Martijn is echt een project-jochie!

Afgelopen dinsdagavond hadden we het schoolkeuzegesprek met de directeur en Martijns meester. Aan de hand van het leerlingvolgsysteem komt Martijn uit op VWO. Niet echt heel ‘dik’ VWO, dan had hij bij alle scores een ‘A’ moeten hebben. Martijn heeft net iets meer ‘B’-scores dan ‘A. Maar toen kwam dus ook die opmerking van meester om de hoek: Martijn kan meer dan de resultaten laten zien. Dat was dan ook de reden voor de 2 heren om Martijns keuze van VWO+ te honoreren. Bovendien, de voorwaarde voor deze keuze is een test, afgenomen door het Centrum voor Begaafdheidsonderzoek uit Nijmegen. Deze test heeft plaats op het Hondsrugcollege.

Last but not least: is het VWO+ nu onze keuze als ouders, of Martijns keuze? Hij heeft er de hele tijd geïnteresseerd bij gestaan, toen mevrouw Buffart alles aan ons uitlegde. Daarna hebben we nog met een paar VWO+-ers gesproken. Het was voor hemzelf toen ook helemaal duidelijk, dat dit hetgeen is waar hij voor gaat! Hij was dan ook best wel zenuwachtig dinsdag, voor het gesprek en erg opgelucht dat hij groen licht heeft van school.

Nu op naar 8 april, als de test plaatsvindt! Wordt dus vervolgd…

P2100005

Vest met vlechtmotief

P1310021

Wow, ik ben wel heel trots en blij dat ik mijn 10-kleurenvest eindelijk (bijna) af heb! Gexefnspireerd door de ongelovelijk kleurige ontwerper Kaffe Fasset ben ik 4 jaar geleden begonnen aan dit megaproject. Ik had toen op de handwerkbeurs in Zwolle een boek van Kaffe Fasset gekocht met inspirerende ontwerpen. Ik was destijds toe aan een nieuw uitdagend breiwerk, maar besloot niet iets uit het boek te halen, maar een uitdaging aan te gaan die me nog veel meer voldoening geeft: zelf weer wat ontwerpen. Ik had een vriendin eind januaP1310017ri 2005 een kleurige gevlochten mand gegeven en besloot deze na te breien (geheel volgens het Kaffe Fasset ‘principe’ van je inspiratie halen uit de dingen die je om je heen ziet). In Excel heb ik toen dit kleurige vlechtpatroon gemaakt, waarbij ik díe kleuren had gekozen waarvan ik genoeg restjes had en wat een vrolijk resultaat zou opleveren. Elk vakje is apart ingebreid, met mini bolletjes garen. Niet volgens het jacquardprincipe dat alles achterlangs loopt, want daarvoor zaten de verschillende kleuren te ver van elkaar af. Het was echt beroerd breien, maar het feit dat er iets onder je handen ontstaat dat aan je verwachtingspatroon voldoet, is echt super en maakt alles goed!

Ik ben begonnen met gewoon een stuk breien. Al breiend werd het beeld van hoe het eindresultaat P1310019zou worden, steeds helderder. Ik wilde er een van spijkerjackmodel van maken. Ik wist dat het niet breed genoeg zou worden, maar dat loste op met 2 effen zijstukjes, net zoals bij een spijkerjack. Ik had het mezelf nog wel moeilijk gemaakt met een splitje in het rugpand (net alsof er nog niet genoeg uitdaging in het breiwerk zat…). Dat was m.n. bij het breien van het boordje een lastige, maar nadat ik het een keer uitgehaald had, werd het wel zoals ik het wou hebben.

Het voorpand besloot ik anders te maken: 2 banen vlechtwerk, met aan weerszijden weer twee effen stukken in een andere kleur. Vervolgens breide ik mouwen in kleuren waar ik nog voldoende garen van had (rood en mint). Vastgenaaid aan de voor- en achterpanden. Mmm, het resultaat stond me niet aan. Dit werd toch echt té kleurig! Op deze manier zou ik hetP1310024 nooit dragen, omdat ik me er een clown in zou voelen. Vervolgens heb ik het hele breiwerk een poos laten liggen. Totdat ik eind vorig jaar eruit was: ik zou het gaan combineren met zwart!

Mijn moeder had nog voldoende resten zwart liggen en vervolgens heb ik in een redelijk tempo de mouwen en de 2 middenstukken van de voorpanden overnieuw gebreid. Ik had te weinig zwart om de zijkanten van de voorpanden ook zwart te maken, maar volgens Marco was dat ook beslist niet erg en moest ik me daar ook niet druk over maken: zoals het nu is, is het super!

Zoals ik bovenaan al schreef: het vest is bijna af! Ik heb namelijk helemaal geen zwarP1310023t verwerkt in het vlechtbreisel. Dus ik ga op een paar blauwe banen zwart mazen (zoals je al kunt zien op de foto rechts), zodat het qua kleurgebruik nog meer op elkaar afgestemd wordt.

Tenslotte denk ik dat ik nog ga proberen er een kraag op te breien, zoals bij een spijkerjack ‘hoort’. Ik ga daar wel mee aan de gang, maar als het geen succes is, haal ik het weer uit. En verder… ga ik dit  vest zeker vaak dragen, want ik ben heel erg blij met het eindresultaat, het vest zit heerlijk en met dit kouwe weer is ie heel behaaglijk!